HomeNieuwsColumnZwarte Piet en Sinterklaas

Zwarte Piet en Sinterklaas

PietenSint
foto Meander
Zo dat zit erop. De echte Zwarte Piet is weer veilig in Purmerend aan land gestapt. Met in zijn gevolg een wat van de voorgrond verdrongen figuur. Deze is duidelijk als katholieke bisschop herkenbaar aan zijn mijter, staf, mantel en daaronder de veelbezongen tabberd. Dit was tot voor kort de hoofdfiguur in het elk jaar weer opgevoerde historische sprookje van Sinterklaas en Pieterman knecht
Het debat over wie de belangrijkste van de twee is wordt thans traditioneel voornamelijk bepaald door Randstedelingen en gekoppeld aan een grote missiedrang om de sprookjesmythe van Zwarte Piet te vermengen met het slavernijverleden.
Tja dat is weer eens wat anders. Er was eens een tijd dat protestanten vielen over de katholieke figuur van Sinterklaas, maar die discussie is inmiddels verstomd, daarom noem ik het alleen nog als een terzijde.

De echte Sint-Nicolaas door de eeuwen heen

Om de Sint de ereplaats te geven die hij verdient zet ik hem in dit stukje proza in het zonnetje.
Vaag wordt wel eens een toespeling gemaakt op de relatie tussen de sprookjes-Sinterklaas en de echte Sint-Nicolaas.
De ‘echte’  uit overlevering bekende Turkse Sint-Nicolaas of Nicolaas van Myra werd ca. het jaar 270 geboren in Patras in Klein-Azië. Nicolaas van Myra zou zijn gestorven op 6 december in het jaar 343. Dat later ook om duistere redenen de Naamdag van de heilige werd.

Historisch bewijs over het leven van Nicolaas van Myra is evenwel nooit gevonden. Wel zijn er aan hem toegeschreven menselijke resten (eerstegraads relieken) uit die tijd bekend. Een botfragment dat sinds de elfde eeuw als relikwie van de heilige werd aangezien is recentelijk gedateerd op de vierde eeuw, wat het bestaan van Sint-Nicolaas zou kunnen bevestigen. Een relatie tussen deze Turkse bisschop en zijn leven in Spanje is overigens onbekend

Wortels Sinterklaas

Sint Nicolaas was weliswaar een bisschop, maar dat betekent niet dat het sinterklaasfeest stamt uit een katholieke traditie. In de legendevorming wordt gesproken over een relatie met een heidens midwinterfeest. Sinterklaas zou zelfs ontleend zijn aan een Germaanse oppergod.

Het meer geloofwaardige verhaal wil dat in 1087 zeelieden uit Bari (Italië) naar Myra togen om het lichaam van Nicolaas uit zijn graf te roven. Ze weerstonden zeerovers, bedreigden en bedrogen de geestelijken die het lichaam bewaarden en de inwoners van Myra en wisten zo uiteindelijk de relieken te roven en naar Bari te brengen.
Bari zat op dat moment in een economische crisis en had dringend nieuwe inkomsten nodig. En zoals dat toentertijd wel meer gebeurde was een status als pelgrimsoord een uitgelezen middel om stadspromotie te plegen en zo vele toeristen naar de Bari te lokken.
De vele wonderverhalen die als reclame over hem werden verspreid deden vervolgens het bezoekers aantrekkende werk en maakten hem tot beschermheilige van alle mogelijke groepen in de samenleving: Kinderen, schippers, scheepsbouwers, vissers, gevangenen, ten onschuldig veroordeelden, advocaten, deurwaarders, bankiers, dokwerkers, graanhandelaars, kuipers, wijnhandelaars, schilders, parfumeurs, apothekers, bakkers, geestelijken, vrijers, kooplieden. Veel havensteden hebben Sint-Nicolaas als beschermheilige: Amsterdam, Kampen, Sint-Niklaas, Bari, Aberdeen.
Sinterklaas krijgt huidige vorm
Ten onrechte denkt men vaak dat de tegenwoordige Sinterklaasviering een eeuwenoude traditie is. Niets is minder waar. Veel elementen van het huidige sinterklaasfeest hebben pas in de loop van de 19e eeuw vorm gekregen.
Het sinterklaasfeest was in den beginne niet erg succesvol. Een creatieve geest bedacht daarop Zwarte Piet als knecht van de goedheiligman. Volgens de overlevering zat Jan Schenkman er achter, hij was tot 1849 onderwijzer aan zijn particuliere school op de Anjeliersgracht.
Jan Schenkman blies op zijn creatieve manier het toentertijd kwijnende sinterklaasfeest in 1850 nieuw leven in.
Hij gaf het  sinterklaasfeest voor het eerst een samenhangend verhaal, in een prentenboek uit die tijd is dat weergegeven. In zijn boekje Sint-Nikolaas en zijn knecht (Amsterdam, 1850 en herdrukken tot in 1907) verwerkte hij bekende elementen als het paard, het rijden over de daken, het schenken van cadeaus (óf krijgen van de roe) via de schoorsteen en Sints komst uit Spanje. Hij voerde echter ook nieuwe elementen in: de stoomboot waarmee Sint-Nicolaas in Amsterdam aankomt en de bijfiguur van een zwarte page. Hij nam als figuurlijk voorbeeld de gapende Moor die als uithangbord hing boven een apotheek. Dat dit iets met slavernij te maken zou hebben kwam bij Jan Schenkman niet eens op. Hij dacht slechts aan die blije kindergezichtjes.
Van Zwarte Piet zul je dan ook geen relikwieën vinden hoeveel pogingen om ze te vinden ook worden gedaan. Of het moeten de oerboekjes van Jan Schenkman zijn.

Het heden ten dag uitgroeien van de sprookjesfiguur Zwarte Piet tot een nationaal symbool tegen uitbuiting, verdrukking en ontmenselijking bewijst maar weer eens hoe leerzaam het inspiratievolle sprookje van Zwarte Piet en Sinterklaas door de eeuwen heen is.
Hulde aan meester Jan Schenkman die aan de wieg stond van deze feestelijke fictie.

Column artikelen