De woningcorporaties in grootstedelijke regio’s in Nederland, zoals de Metropoolregio Amsterdam (MRA), hebben volstrekt onvoldoende financiële middelen om de grote opgave voor nieuwbouw en verduurzaming te vervullen. Dit toont het landelijk onderzoek in opdracht van de ministeries van Binnenlandse Zaken, Economische Zaken en Financiën dat vrijdag 3 juli is vrijgegeven overtuigend aan. Zowel voor de benodigde nieuwbouw van betaalbare huurwoningen als voor de verduurzaming ontbreekt het de corporaties aan investeringsruimte. Het onderzoek maakt ook een einde aan het idee dat met onderlinge herverdeling tussen rijkere en armere corporaties de problemen kunnen worden opgelost.
De Metropoolregio Amsterdam (MRA) sluit zich volledig aan bij de boodschap van de corporaties dat het Rijk nu met een oplossing moet komen, waarmee zij in staat worden gesteld hun bijdrage te leveren aan de grote noden op de woningmarkt, in de nieuwbouw, rond verduurzaming en betaalbaarheid.
Grens investeringsmogelijkheden bereikt in 2024
Al vanaf 2024 lopen de corporaties in de MRA hard tegen de grenzen van hun investeringsmogelijkheden aan. Dat lijkt misschien nog ver weg, maar het heeft vandaag al consequenties voor de bouwplannen. Wat in 2024 wordt gebouwd, wordt immers nu al voorbereid. Zolang de corporaties hun aandeel in de plannen niet financieel verantwoord kunnen onderbouwen, vertraagt het gehele voorbereidingsproces. Want de MRA-gemeenten, zo laat ook dit onderzoek zien, hebben een zeer forse opgave te vervullen in het betaalbare huursegment en hebben de bijdrage van woningcorporaties aan de bouwplannen daarvoor hard nodig.
Investeringscapaciteit essentiële voorwaarde
Dit wringt steeds meer nu Rijk en regio vol inzetten op het versneld inlopen van het grote woningtekort. Het Rijk verwacht dat in de MRA ten minste 20% van de landelijke bouwopgave wordt gerealiseerd. In de Woondeal voor de MRA hebben Rijk en regio hierover vastgelegd dat dit alleen kan worden waargemaakt als daarvoor de juiste middelen beschikbaar zijn. Voldoende investeringscapaciteit van corporaties is een van de essentiële voorwaarden om de bouwproductie waar te maken.
Wrang gegeven
Wat vanaf 2024 niet meer door corporaties kan worden gerealiseerd, kan gegeven de financiële positie van de corporaties in de jaren daarna niet meer worden ingehaald. Het tekort aan sociale huurwoningen blijft daarmee alleen maar toenemen. Dit is een wrang gegeven, gezien het huidige woningtekort in de MRA en de vele woningzoekenden die geen betaalbaar huis kunnen vinden. Ook voor het verduurzamen en aardgasvrij maken van de bestaande voorraad, een grote en zeer kostbare exercitie, zijn de middelen echt ontoereikend.
Realistischer scenario
De verschillende regio’s hebben de mogelijkheid gekregen om eigen opties voor doorrekening aan te dragen voor het rapport over hun regio. Voor de MRA is er daarbij onder meer voor gekozen om een lager economisch scenario te laten doorrekenen dan het middenscenario uit het landelijke onderzoek. Dit scenario geeft logischerwijs een grotere bouwopgave als uitkomst, omdat de bevolkingsgroep die op sociale huur is aangewezen dan toeneemt. Gegeven de economische gevolgen van de coronacrisis is dit scenario nu wellicht realistischer dan het gebruikte middenscenario. De verwachte tekorten zijn daarom eerder groter dan kleiner.
Adequate oplossing
Zoals afgesproken in de verschillende Woondeals zal het Rijk zich nu moeten beraden op de wijze waarop de investeringscapaciteit van woningcorporaties op het benodigde niveau wordt gebracht. Daar is meer voor nodig dan incidentele heffingskortingen. Dit structurele probleem vraagt nu om een snelle en adequate oplossing.
Kamerbrief minister Ollongren
Minister Ollongren van Binnenlandse Zaken heeft de Tweede Kamer in een brief geïnformeerd over de uitkomsten van het onderzoek.
We gebruiken cookies om ervoor te zorgen dat onze site zo soepel mogelijk draait. Als je doorgaat met het gebruiken van deze site, gaan we er vanuit dat je ermee instemt.Ok