De goedheiligman heeft ons land verlaten. Over driekwart jaar kan de Zwarte Pietendiscussie in de drie grote steden: Amsterdam, Den Haag en Rotterdam -globaal aan te duiden met Randstad- weer worden hervat. Het debat erover wordt traditioneel voornamelijk bepaalt door Randstedelingen en gekoppeld aan een grote missiedrang om de sprookjesproblematiek van Zwarte Piet ook over de rest van Nederland uit te dragen. Er was een tijd dat protestanten vielen over de katholieke figuur van Sinterklaas, maar die discussie is inmiddels verstomd, daarom noem ik het als een terzijde.
Een zending naar Dokkum ter bestrijding van een zwart geschminkte Piet werd er zelfs afgelopen jaar door de grootstedelijke vertegenwoordigers voor ondernomen. En net als toentertijd Bonifatius overkwam werd de moderne zending van de Randstedelingen een fiasco. Gelukkig nu zonder dodelijk slachtoffers.
Terwijl de grootstedelijke zendelingen, onderweg naar Dokkum, op de A7 Purmerend rechts lieten liggen, vond daar in alle rust het kinderfeest volgens het eeuwenoude sprookje plaats. Met als hoofdpersonen de figuren van Sinterklaas uit Spanje en zijn roetzwart geschminkte helper Piet.
Overlevering
Vaag wordt wel eens een toespeling gemaakt op de relatie tussen de sprookjes-Sinterklaas en de echte Sint-Nicolaas.
De ‘echte’ uit overlevering bekende Turkse Sint-Nicolaas of Nicolaas van Myra leefde omstreeks 280. Historisch bewijs over het leven van Nicolaas van Myra is evenwel nooit gevonden. Wel zijn er aan hem toegeschreven menselijke resten ( relikwieën) uit die tijd bekend.
Een relatie tussen deze Turkse bisschop en zijn leven in Spanje is bovendien ook onbekend. Nicolaas van Myra zou zijn gestorven op 6 december dat later ook de Naamdag van de heilige werd. Het is goed om op pakjesavond zijn sterfdag te gedenken. Zolang een mens wordt herinnerd is hij niet dood, is een bekende uitspraak.
Zwarte Piet verscheen in de 19e eeuw ten tonele. Daar zit als overlevering Jan Schenkman achter, hij was tot1849 onderwijzer aan zijn particuliere school op de Anjeliersgracht.
Jan Schenkman blies op zijn manier het toentertijd kwijnende Sinterklaasfeest in 1850 nieuw leven in. Hij gaf het Sinterklaasfeest voor het eerst een samenhangend verhaal, in prentenboek weergegeven. In zijn boekje Sint-Nikolaas en zijn knecht (Amsterdam, 1850 en herdrukken tot in 1907) verwerkte hij bekende elementen als het paard, het rijden over de daken, het schenken van cadeaus (óf krijgen van de roe) via de schoorsteen en Sints komst uit Spanje. Hij voerde echter ook nieuwe elementen in: de stoomboot waarmee Sint-Nicolaas in Amsterdam aankomt en de zwarte page (naar voorbeeld van de Moor) – waar vervolgens de figuur van Zwarte Piet uit is ontstaan – als hulp van de Sint.
Kerstfeest
Nu is het de tijd voor de Kerstman om zijn opwachting te maken. Opnieuw een sprookjesfiguur met ditmaal een vage relatie met Sint-Nicolaas, maar veel directer met Sinterklaas. Merk het verschil op tussen de namen Sint-Nicolaas en Sinterklaas. Santa Claus is direct namelijk terug te voeren op de Nederlandse naam Sinterklaas.
Bij dit feest zou in de Randstad zomaar de discussie kunnen oplaaien dat het om een door Coca-Cola gekaapte sprookjesfiguur gaat om het consumentisme in de donkere dagen flink aan te wakkeren. De Kerstman is dan ook bij uitstek een figuur die niet alleen voor kinderen is verzonnen maar juist ook voor ouderen. Snuisterijen en dure cadeaus worden gewisseld. Een winkeliersfeest noemde mijn vader dit met onverholen cynisme. Maar dat was dan ook nog een ouderwetse sociaal-anarchistische vertegenwoordiger uit de school van Domela Nieuwenhuis. Een heilige die volgens mijn vader wel echt had bestaan, maar dit terzijde.
Het kerstfeest voert met een flinke scheut historie terug op de Oude Germanen en hun heiligdom – de monumentale eik- ten tijde van de midwinterviering. De Oude Germanen gebruikten deze eik die lichtgevend werd versierd.
De reden waarom men achteraf Kerstmis op 25 december heeft gesteld, is enigszins onduidelijk, maar men gaat er gewoonlijk van uit dat de dag zo werd gekozen dat hij samenviel met de heidense feesten die plaatsvonden omstreeks de tijd van het wintersolstitium, wanneer de dagen beginnen te lengen, om de ’wedergeboorte van de zon’ te vieren.
Tegelijkertijd vieren al eeuwen miljoenen belijdende christenen over de hele wereld de geboorte van Jezus op 25 december. Er is wel een probleem. De geboortedatum van Jezus is onbekend zegt De Katholieke Encyclopaedie
Uit wereldlijke bronnen komen we te weten waarom 25 december toch werd gekozen als de datum om zijn geboorte te vieren. The Encyclopedia Americana vertelt daarover: „ Honderden jaren na Jezus’ dood werd 25 december gekozen als de datum van zijn geboorte.
Waarom 25 december?
Opnieuw biedt De Katholieke Encyclopaedie het antwoord. „Kerstmis werd in Rome bewust op deze dag geplaatst ter kerstening [verchristelijking] van het heidense feest van de geboorte der ’Onoverwinnelijke Zon’ op de zonnestilstand.”
Het is goed om daar bij verlichte kerstboom met daaronder de kerststal even bij stil te staan.
Je ziet in historische perspectief in kersttijd een opmerkelijk door de eeuwen opgebouwde stapeling van Sinterklaas/Santa Claus/Kerstman, Germaans zonne-lichtfeest, oud Germaanse rituelen, de geboorte van het Christuskind en Coca-Cola. Me dunkt dat over zo’n combinatie met name door Randstedelingen wel wat over valt te praten. En dan is het al discussiërend zo weer Sinterklaastijd 2019.
foto: Stadspartij