Wat niet zo bekend is bij veel burgers is dat Nederland al decennialang een nationaal spaaroverschot heeft. De nationale besparingen overtreffen sinds 1980 onafgebroken de binnenlandse investeringen. Het nationale spaaroverschot is per definitie gelijk aan het overschot op de lopende rekening van de betalingsbalans. Dit laatste overschot gaat vergezeld van een netto-uitstroom van kapitaal naar het buitenland. De besparingen die niet voor financiering van binnenlandse investeringen worden gebruikt komen op deze wijze beschikbaar voor investeringen en beleggingen in het buitenland. De Europese schuldencrisis heeft duidelijk gemaakt dat een langdurig groot tekort op de lopende rekening van een EU-lidstaat voor zowel de lidstaat zelf als de andere lidstaten grote negatieve effecten kan hebben.
Zo, dat ingewikkelde verhaal, dat noodzakelijk is voor de rest van dit stukje, is er kort en bondig uit.
Nederland heeft van alle 27 lidstaten van de Europese Unie relatief het grootste overschot op de lopende rekening. Volgens het nieuwe euroverdrag is een overschot van gemiddeld meer dan zes procent over de afgelopen drie jaar voor de Europese Commissie reden een procedure tegen een lidstaat te starten. In zo’n procedure zou Brussel Nederland onder meer kunnen manen de binnenlandse bestedingen aan te wakkeren om het overschot te verkleinen. Over de periode 2009-2011 bedraagt het overschot van Nederland op de lopende rekening gemiddeld 6,5 procent.
Het overschot op de lopende rekening van de Nederlandse betalingsbalans heeft in het eerste kwartaal van 2012 een recordniveau van negentien miljard euro bereikt. Dat is dertien procent van het bruto binnenlands product. Het overschot ligt zes miljard euro hoger dan in de eerste drie maanden van vorig jaar. Dat blijkt uit recent door De Nederlandsche Bank (DNB) gepubliceerde cijfers.
Volgens DNB hangt het overschot mogelijk samen met de achterblijvende binnenlandse consumptie. De binnenlandse vraag, die voor een belangrijk deel de import bepaalt, daalt sinds eind 2010 vrijwel continu. De export blijft daarentegen stijgen, onder meer door de relatief zwakke euro en de sterke vraag van de belangrijkste Nederlandse exportpartner Duitsland. Bij het saldo van de lopende rekening worden ook de winsten van Nederlandse bedrijven opgeteld. De stijging van in het buitenland behaalde winsten van Nederlandse multinationals, zoals Shell, vormt ook een verklaring voor het gestegen saldo, aldus DNB.
Een lang en feitelijk verhaal waarmee ik probeer aan te geven dat de economische realiteit en het economische crisisgevoelens van de doorsnee burgers niet in evenwicht zijn. De binnenlandse consumptie is op een dieptepunt beland terwijl de economische feitelijkheid daarvoor geen aanleiding geeft. Er zou geld genoeg moeten zijn om te investeren en uit te geven. De staat kan geld lenen tegen een schijntje dus wat staat onze regering in de weg om fors te geen investeren in economische groeibevorderende maatregelen?
Vertraging daarin ontstaat inderdaad door over elkaar buitelende politici die fact free politics bedrijven en elkaar steeds meer de crisis aanpraten. Dat mist zijn uitwerking niet op de massa van de (Nederlandse) bevolking. Anders is dat in Duitsland waar het optimisme breed heerst en de winsten tot forse loonsverhogingen en bestedingen leiden. Als reserve-deelstaat van Duitsland zou Nederland daar een voorbeeld aan moeten nemen.
Gelukkig zit de overheid niet geheel stil met de binnenlandse bestedingen. Grote infrastructurele werken starten of worden in voorbereiding genomen. Het verbreden van snelwegen is een lopend proces en nog onlangs is ook over de vernieuwing, vergroting van de Zeesluis bij IJmuiden besloten. Dat zal Amsterdam geen windeieren gaan leggen in de nabije toekomst. Het is dan ook niet voor niets dat de gemeente Amsterdam het Havenbedrijf wil verzelfstandigen, of misschien wel wil laten privatiseren om te kunnen samengaan met de haven van Rotterdam en wie weet ook Antwerpen en Hamburg. Een geheel andere variant van de aloude Hanzesteden. Je hoort de naam niet, maar de economische theorieën van John Maynard Keynes worden in alle stilte toegepast. Er zijn kennelijk nog genoeg ouderwets degelijke ambtenaren over die het huidige politieke machtsvacuüm benutten om orde op zaken te stellen.
Ondertussen vindt binnenlands, net als in de 80-er jaren van de vorige eeuw, ook een grootscheepse renovering en herstructurering plaats van bestaande instituties. Onder de crisisdreiging worden tot voor kort onoverbrugbare barrières plotseling vloeibaar. Alles is aan het veranderen om uiteindelijk hetzelfde te blijven. Het is eigenlijk wel genieten om deze cyclus in één mensenleven zich te zien voltrekken en er actief deel aan te mogen nemen. Uiteindelijk zal het sluitstuk van deze herstructurering zijn dat de woningnood zal oplossen, ook dat voorspelde Keynes ooit, maar dit terzijde.