Tijdens de herdenking van de Februaristaking kwam ik een oude bekende tegen: Geurt. Een sympathieke kennis -hoewel- ik had hem jaren niet gezien en eerlijk gezegd ook niet aan hem gedacht.
Ooit schreven we samen een boekje in de stijl van De Avonden (Gerard Reve) over het wel en wee van een personeelsvereniging. Zo’n kleine 1.000 exemplaren vonden een lezer, maar dat is achteraf gezien allemaal ijdelheid.
Geurt is van huis uit historicus en was bedrijfsfilosoof bij een zeer groot nutsbedrijf dat onder andere een vestiging in Amsterdam had. In zijn werk stond hij medewerkers bij die iets bijzonders gingen doen en vooraf enig extra geestelijke bagage over bijzondere problemen wilden hebben.
Juist tijdens zo’n buitenlands avontuur doen zich zaken voor die de hedendaagse projectmedewerker of manager uit de moderne managementleerboekjes of van ervaren collega’s niet leert. Zelf met eigen hersenwerk onverwachte dillema’s en problemen leren oplossen, dat was Geurt zijn specialisme.
Ga je bijvoorbeeld als bedrijfsontwikkelingswerker naar Egypte waar de vloek van de Farao heerst (diarree), Indonesië (koloniale structuren), Nigeria (corruptie), Suriname (Bouterse) enzovoort. Al die agressiviteit, onzekerheden en vreemde ziektes daar in den vreemde geven reden tot extra geestelijke bagage al was het maar om te kunnen overleven. Maar dit allemaal terzijde.
Het wiel uitvinden om scherp te kunnen nadenken moet veelvuldig opnieuw plaatsvinden, weet Geurt. De uitspraak ‘als er dan maar weer een wiel uitkomt’, is dan ook één van zijn vele wijsheden. Geurt zweeft in gedachten en onderwijs tussen verleden, heden en toekomst en tussen emotionaliteit, realiteit, feitelijkheid en rationaliteit.
Toen ik hem na afloop van de Herdenking sprak in het aloude journalistencafé Scheltema en herinneringen ophaalde bij een goed glas, bleek dat hij van rasoptimst cynicus was geworden. Daar waar anderen hem vroeger als een wijze rots in de branding zagen, bleek hij ineens breekbaar. Geurt ziet in zijn visie steeds meer de chaotische crisissituatie van voor de Tweede Wereldoorlog hedendaagse vormen aannemen. Hij is zelf van kort na deze oorlog, dus hij heeft alle wijsheid van horen en zeggen en zijn zelfstudie. De vrees voor het hem zo theoretisch bekende-onbekende benauwt hem.
“Meander wie vertrouw jij nu nog als baken in onze samenleving?”
Omdat Geurt van een grapje houdt, zei ik: “Maurice de Hond, die praat in feiten en levert begrijpelijke statistieken, die achteraf waar blijken.” Zuchtend liet Geurt weten het echt serieus te menen. Hij ziet de democratie overal afkalven. Politici sloven zich uit om de publieke opinie te plezieren aangevuurd door media die het volk bestoken met opstokende meningen en als die er niet zijn allerlei onbenulligheden opblazen tot een nationale emotionaliteit.
Leiders die in het verleden met visie voorop gingen in de maatschappelijke ontwikkelingen zijn volgers geworden van de waan van de dag.
Geurts laatste vertrouweling was Joop den Uyl, wie kent hem nog? Joop den Uyl bereikte weinig, maar meende wat hij zei en deed en uitte dat hartstochtelijk en dat zag en merkte je. Alles wat daarna kwam aan sociaal-democratische leiders bleek achteraf onder de maat vergeleken bij Ome Joop. Hij somde ter illustratie een hele rij leiders na Den Uyl op. Allemaal ingepakt door als liberaal verpakt kapitalisme zoals hij dat noemt. Het is feitelijk nog erger zei hij, want financiële winst uit nuttige productie is vervangen door winst maken uit speculatie met valuta. Ook noemde hij namen van gepasseerde en hedendaagse in zijn ogen inferieure leiders en ik kon alleen maar ‘ja’ knikken.
Alleen bij Ruud Lubbers, Angela Merkel en Mark Rutte heeft hij positieve twijfel. Ruud Lubbers moet achteraf volgens hem toch echt wel als staatsman worden gezien, hij ruimde het puin van zijn voorganger (van Agt) effectief op. Bij Angela kent Geurt zichzelf maar al te goed als liefhebber van sterke vrouwen die rust uitstralen. Dus hij beseft dat zijn voorlopig positieve oordeel over haar gekleurd is. Helaas heeft ze er te vroeg, volgens Geurt, een punt achter gezet. En Mark Rutte wist toch maar mooi, terwijl de democratie afbrokkelde, de verdeelde samenleving op miraculeuze wijze bij elkaar te houden. Na hem wenkt nu de zondvloed.
Geurt liet weten dat hij zichzelf steeds meer een sukkel begint te vinden. Hij heeft inmiddels een goed pensioen en stuit op een jeugd die met elkaar communiceert via een smartphone en allerlei obscure social media programma’s. Die hebben geen boodschap aan Geurt zijn gezicht tot gezicht filosofische benadering van de ontwikkelingen in de samenleving. Hoewel heel veel mensen hem kennen vreest hij -niet ten onrechte- dat ze hem meer als ‘ouwe lul’ zien.
Hij trekt zich thans steeds meer terug in zij eigen kluizenaarsbestaan. Zijn privéleven is dan ook vrij sober. Geluk vindt hij in de ‘ouderwetse’ genoegens des levens. Op z’n tijd een echt goede sigaar uit de Dominicaanse Republiek en een exotische biersoort uit de één of andere abdij, echte oude graanjenever, daar geniet hij van. Een goed boek of film daar kun je hem blij of wakker voor maken. Doordat zijn boekenkast geen ruimte meer bood heeft hij een E-reader aangeschaft en dat ziet hij na de stofzuiger als de beste uitvinding sinds decennia. Een sporadisch papieren boek dat hij koopt, is in de regel tweedehands en koopt hij via boekwinkeltjes.nl
“Weet jij Meander op wie je gaat stemmen straks?” Geurt is er van overtuigd dat de democratische chaos ondertussen zo groot is dat de huidige stemverhoudingen niet tot iets zinvols zullen leiden.
Ik liet weten het nog niet te weten en zelfs te overwegen helemaal niet te gaan stemmen.
Dat ‘niet gaan stemmen’ leverde me een uitbrander van Geurt op. Zelfs een stem op verguisde leiders en partijen is een democratische burgerplicht. Als de hoop vervliegt dan pas is alles verloren, voegde hij er wijsgerig aan toe.
Geurt leefde na enige goede glazen helemaal op toen hij begon te vertellen dat er niets nieuws onder de zon is. De verhalen over de Romeinen en influencer Cicero, de morele en financiële crisis in het Romeinse Rijk in de derde eeuw, het leven van Alkibiades beschreven in het monumentale boek van Ilja Leonard Pfeijffer, het hele scala kwam langs.
“Fijn dat ik je tegenkwam Meander, je maakte mijn sombere geest wakker. We leven in een bijzonder interessante tijd en we schrijven geschiedenis. Trump was weg en in Nederland en de rest van Europa spelen allerlei zich politiek noemende clubjes met de democratische verworvenheden, het is alsof je een kind met een scheermes in de weer ziet.”
Je zal zien dat over tien jaar het TV programma Andere Tijden een terugblik geeft op deze opmerkelijke jaren. Dat we die lijfelijk mee hebben mogen maken is heel bijzonder, dat besef ik nu we elkaar spreken.
We spraken af dat we elkaar weer zien en bijpraten bij de volgende herdenking van de Februaristaking. We hadden aansluitend nog enige genoeglijke uren.
Hij had het voorrecht met de tram naar huis te kunnen. Ik met een taxi, maar de oorzaak daarvan is een ander verhaal, iets met aanbesteding van openbaar vervoer in de regio.